Vlak nadat de minister van OCW, Ingrid van Engelshoven, ons officieel bevestigde dat zij, na een positief advies van de Raad voor Cultuur, de IABR weer in de landelijke culturele basisinfrastructuur (BIS) zal opnemen, kwam de Rotterdamse Raad voor Kunst en Cultuur (RRKC) op 17 juni met een uitgesproken negatief en, daar zijn vriend én vijand het over eens, opvallend vooringenomen advies over de IABR.
In zijn eerste reactie concludeert bestuurder–directeur van de IABR, George Brugmans dan ook: "Advies met voorbedachten rade: er worden in één klap zoveel inconsistenties, verdraaiingen, hele en halve onwaarheden, ongegronde beschuldigingen en suggestieve schijnbewegingen met dit advies rondgestrooid dat er nauwelijks beginnen aan is om het te weerleggen."
Maar hij kijkt ook vooruit: "Nu moeten college van B&W, gemeenteraad en het bestuur van IABR zich met elkaar afvragen hoeveel waarde een advies heeft dat een lange neus maakt naar de wethouder. Want die schrijft in zijn Uitgangspuntennota, de Cultuurvisie tot 2030: “Culturele organisaties die wij meerjarig subsidiëren zijn sterke instellingen van kwalitatief hoog niveau, organisaties die naar verwachting het beste bijdragen aan de realisatie van onze sociale, economische en ruimtelijke ambities, de transities waar onze stad voor staat.”
Aan die omschrijving voldoet de IABR volledig – en niet “naar verwachting” maar al sinds 2005. Aantoonbaar. Ze was en is voorloper, precies voor wat betreft deze agenda, in samenwerking met talloze partners in de stad. De gemeente omarmde de IABR in opeenvolgende beleidsnota’s over architectuurbeleid en in het regioprofiel dat de stad naar de minister stuurde. Ze vroeg de minister de IABR weer op te nemen in haar landelijke culturele basisinfrastructuur, de BIS. De Raad van Cultuur oordeelde daar positief over en de minister heeft de IABR inmiddels haar voornemensbrief gestuurd: “IABR, u bent welkom.”
Niet verder gaan met de IABR, een nationale instelling die in twintig jaar een groot en wereldwijd netwerk heeft opgebouwd, vaak samen met andere partijen in de stad zoals Resilient Rotterdam, zou voor Rotterdam in meerdere opzichten kapitaalvernietiging betekenen. Ook letterlijk: de IABR kost de gemiddelde Rotterdammer nog geen 65 cent per jaar, daar legt de IABR ieder jaar ruim 3 euro bij.
Lees hier Brugmans' hele reactie of download de tekst onderaan deze pagina. Daar kun je ook ons Beleidsplan 2021 - 2024, WAAR KUNNEN WE LANDEN?, downloaden en de PDF waarin wij het advies weerleggen, zin voor zin voor zin voor zin.
◂Nieuws /